Het Corlaer College in Nijkerk is een brede middelbare school met 1940 leerlingen, variërend van vmbo-basis tot en met atheneum. Plaatsvervangend rector Ronald Schaefer werkt er sinds 2012 en zet zich intensief in voor het verbeteren van onderwijs en ziet het als zijn grootste passie om mee te helpen in de groei van zowel leerlingen als docenten. Hij hielp mee in het verankeren van ‘didactisch coachen’, een methode die sterk leunt op hoge verwachtingen van leerlingen. Een gedachtegoed dat nu ook breder wordt opgepakt via de Landelijke GKA-agenda Lesgeven vanuit Hoge Verwachtingen. We gingen met hem in gesprek over de methode en de agenda.

Beeld: © GKA

Ronald Schaefer

Wat is didactisch coachen?
“De basisgedachte is eenvoudig: ieder mens wil zich ontwikkelen. En wanneer je als docent hoge verwachtingen hebt van leerlingen, dan gaan ze ook beter presteren,” vertelt Schaefer. “Het verschil zit vaak in kleine dingen. Je kunt een aanwijzing geven, maar je kunt ook een vraag stellen: Hoe ben je tot dit antwoord gekomen? Waarom werkte dit wel of niet? Dat zet een leerling aan tot nadenken. Uit onderzoek weten we dat dit veel krachtiger is dan het voorzeggen van antwoorden.”

Didactisch coachen werkt met drie instrumenten: vragen stellen, feedback geven en aanwijzingen geven. Waarbij de balans afhankelijk is van de leerling, maar je ‘hoge verwachtingen-gedrag’ dus kunt trainen. “Bij leerlingen met lage verwachtingen geven we vaak meer aanwijzingen. Bij leerlingen waarvan we hoge verwachtingen hebben, stellen we juist veel vragen en geven we meer gerichte feedback. Zo stimuleer je reflectie, inzicht en eigenaarschap.”

De methode is nauw verbonden met bredere onderwijsonderzoeken naar hoge verwachtingen. Zo blijkt uit verschillende studies dat leraren die consequent hoge verwachtingen uitspreken en laten zien, bijdragen aan betere leerprestaties, meer motivatie, meer zelfvertrouwen én kansengelijkheid onder leerlingen. Hoge verwachtingen maken dat leerlingen harder werken en zich competenter voelen. Het is een van de sterkst bewezen factoren in de onderwijspsychologie: het zogenaamde Pygmalion-effect.

Werken aan hoge verwachtingen
Docenten op het Corlaer College worden intensief getraind in deze manier van werken. “Iedere docent neemt bijvoorbeeld filmpjes op van zijn lessen,” legt Schaefer uit. “Daarin wordt geteld hoeveel aanwijzingen en hoeveel feedback iemand geeft en hoeveel vragen iemand stelt. Dat is soms confronterend, en ook heel leerzaam. Daarna volgt een gesprek: wat gaat goed, wat kan beter? Om de zoveel weken hebben we intervisie en uiteindelijk volgt een eindmeting. Didactisch coachen is inmiddels een vast onderdeel van het werkpakket van al onze docenten.”

Het resultaat? “Je kunt sneller de diepte in met een leerling, omdat je beter leert doorvragen. Je ziet ook dat positieve feedback heel belangrijk is: leerlingen weten dan niet alleen wat ze fout doen, maar vooral ook wat ze goed hebben gedaan en hoe ze gegroeid zijn. Dat geeft vertrouwen en motivatie. Onderzoek bevestigt dat: leerlingen die ervaren dat hun docent vertrouwen in hen heeft, ontwikkelen meer zelfregulering en zijn beter in staat om hun eigen leerproces te sturen.”

Van het Coarlaer naar de landelijke agenda

De aanpak van het Corlaer College is inmiddels ook buiten Nijkerk opgevallen. Met de nieuwe Landelijke GKA-agenda Lesgeven vanuit Hoge Verwachtingen gaan scholen uit het gehele land, met partners en de Gelijke Kansen Alliantie aan de slag met dit thema. De Gelijke Kansen Alliantie (GKA) neemt didactisch coachen op in de Landelijke GKA-agenda Lesgeven vanuit Hoge Verwachtingen. In deze agenda verenigen twintig scholen uit het primair en voortgezet onderwijs zich met onderzoekers en onderwijsprofessionals, onder regie van de Hogeschool Rotterdam. Het doel: structureel het onderwijs versterken door de didactiek van hoge verwachtingen. Stichting Meerscholen – waar het Corlaer College deel van uitmaakt – treedt op als penvoerder.

“Wij hebben hier in Nijkerk veel ervaring met didactisch coachen, en die expertise willen we graag delen,” zegt Schaefer. “Wat ik hoop, is dat er een olievlek ontstaat. Dat steeds meer scholen hun leraren en schoolleiders trainen in deze manier van kijken en werken. Uiteindelijk gaat het erom dat je leerlingen onbevooroordeeld tegemoet treedt en gelooft dat ze allemaal kunnen groeien. Als dat besef breed doordringt, dan maken we het onderwijs in Nederland echt sterker.”

De Landelijke GKA-agenda Hoge Verachtingen 
In de Landelijke GKA-agenda Lesgeven vanuit Hoge Verwachtingen zetten twintig scholen uit het po en vo in samenwerking met Hogeschool Rotterdam in op het structureel versterken van het onderwijs aan de hand van de didactiek van hoge verwachtingen. Het uitgangspunt is dat leraren met hoge verwachtingen bijdragen aan betere leerprestaties, zelfvertrouwen, motivatie en bevorderen van kansengelijkheid. Stichting Meerscholen, het Corlaer College, treedt in deze agenda op als penvoerder. Het Corlaer College heeft rijke ervaring met de methode Didactisch Coachen en het werken vanuit hoge verwachtingen. Hiertoe zal deze school inhoudelijk bijdragen aan deze Landelijke GKA-agenda.

De methode Didactisch Coachen vormt de kern van deze aanpak. 36 onderwijsprofessionals volgen in 2,5 jaar een opleidingstraject tot intern trainer Didactisch Coachen. Gelijk vanaf het eerste jaar begeleiden zij hierbij ook hun collega’s in de praktijk. Schoolleiders volgen een traject gericht op coachend leidinggeven.

Toekomst en uitdagingen
Toch zijn er ook uitdagingen, ziet Schaefer. “Leerlingen hebben tegenwoordig veel aandacht voor sociale media, en dat vraagt iets van hoe je hun aandacht vasthoudt. Maar juist daarom is het zo belangrijk dat docenten goed weten wie hun leerlingen zijn en hoe ze hen kunnen aanspreken. Dat is de winst van didactisch coachen: je ziet de leerling echt, en je leert om rust en structuur te brengen in plaats van paniek. Vanuit die basis kun je samen stappen zetten.”

“Onderwijs is mooi, en de wereld wordt er beter van als je met waarden en normen werkt en echt achterhaalt wie je leerlingen zijn. Didactisch coachen helpt daarbij, omdat het je voortdurend dwingt uit te gaan van de kracht en het groeipotentieel van elke leerling. En ik geloof: iedere leerling kan groeien.”