Wethouder Moorman: ‘Ongelijk behandelen om gelijkheid te bevorderen’

Amsterdam zet stevig in op gelijke kansen. “De politiek is aan zet om hier iets aan te doen”, aldus wethouder gelijke kansen Marjolein Moorman. In haar aanpak zet ze het kind centraal: “Zij leven in de wereld, niet in kokers. Daarom moeten we zo goed mogelijk samenwerken.” Moorman is blij dat Amsterdam is aangesloten bij de GKA: “Binnen de stad moeten we van elkaar leren wat werkt. Datzelfde geldt binnen de GKA, maar dan op nationaal niveau.”

Wethouder Onderwijs in Amsterdam Marjolein Moorman

“Ik denk dat iedereen het ermee eens is dat het onrechtvaardig is wanneer de plek waar je geboren wordt, je kansen bepaalt. Onderwijs moet de grote gelijkmaker zijn, maar is nu de plek waar ongelijkheid vaak zichtbaar wordt. Als je een sterke thuissituatie hebt, bewandel je betere wegen. Dat wil ik veranderen.”

Marjolein Moorman is wethouder Onderwijs, Armoede en Inburgering in Amsterdam, of zoals ze zelf zegt: wethouder Gelijke Kansen. Al eerder gaf ze aan dat het onderwerp de reden is waarom ze politiek actief is geworden. “De politiek is aan zet om hier iets aan te doen. En de politiek zal dat moeten blijven doen. Want ongelijkheid blijft steeds opnieuw ontstaan. Het is als onkruid, je moet het blijven bestrijden.”

Hele samenleving

“In Amsterdam hebben we een brede coalitie om te bouwen: de meerderheid wil verbeteren. Want kansenongelijkheid is niet alleen slecht voor specifieke kinderen, maar voor de hele samenleving. Ik zie mooie initiatieven ontstaan waar ik in geloof. Die initiatieven moeten we bundelen, zodat synergie ontstaat. Binnen de stad moeten we van elkaar leren wat werkt, zodat we twee vliegen in één klap slaan. Datzelfde geldt binnen de Gelijke Kansen Alliantie, maar dan op nationaal niveau. Ik ben blij dat Amsterdam is aangesloten bij de alliantie. Aan tafel merkte ik al snel dat we elkaar begrijpen. De vraag is nu hoe? En wat kunnen we leren van elkaar?”

Talent is overal

“In Amsterdam durven we ongelijk te behandelen om gelijkheid te bevorderen”, vervolgt Moorman. “Waarom? Omdat kinderen die het hardst ondersteuning nodig hebben, dat het meest verdienen. Dus investeren we daar waar het ‘t hardst nodig is. Bijvoorbeeld op het Mundus College waar we gewerkt hebben met de High Dosage Tutoring methode voor extra rekenonderwijs. Dat heeft tot goede resultaten geleid. Ook geven we kinderen met een grote achterstand meer lestijd of brengen hen in aanraking met buitenschoolse activiteiten als sport, cultuur en kunst. Want het gaat niet alleen om onderwijs. De rijkheid van wat je als kind meekrijgt, zit ook in sport, cultuur en muziek. Talent is overal, het is de klassieke verheffing die afstoffen behoeft.”

Niet verkokerd kijken

De wethouder is blij dat haar portefeuille naast onderwijs ook de thema’s armoede en inburgering bevat. “Op die grensvlakken gaat het namelijk mis, blijkt uit vele onderzoeken. Schulden, problemen thuis; het leidt tot stress, ouders hebben minder tijd voor hun kinderen. Zo stapelt achterstand zich op. De aanpak van ongelijke kansen moet dus ook plaatsvinden op dit snijvlak.

Het gaat over allerlei grenzen heen, we moeten niet verkokerd kijken. School, sport, particuliere fondsen, woningcoöperaties, we moeten zo goed mogelijk samenwerken. Daarbij moet je uitgaan van het kind en het gezin waarin het opgroeit. Zij leven in de wereld, niet in kokers.”

Segregatie tegengaan

“We willen dat iedereen elkaar ontmoet, ongeacht zijn of haar achtergrond. Maar helaas is dat niet zo, en zijn veel scholen in Amsterdam gesegregeerd. Behoorlijk wat scholen onderwijzen kinderen met een achterstand. Je wil deze kinderen helpen en tegelijkertijd segregatie tegengaan. Dat is lastig. Neem bijvoorbeeld het omgaan met kinderen die zonder ontbijt op school komen. Wanneer je een breed programma speciaal voor deze kinderen opzet, loop je het risico de school te stigmatiseren. Dan kun je beter zorgen voor schoolfruit om 10.00 uur. Daar profiteert iedereen van. Het betekent dat je goed moet nadenken over wat je doet om ongelijke kansen tegen te gaan.”

Lesgeven in de stad

Een belangrijk onderwerp binnen Amsterdam is lesgeven in een grootstedelijke context. Amsterdam werkt al een tijdlang met de Transformatieve Schoolmethode van Iliass el Hadioui op het Mundus College, het MBO College West en op basisschool El Kadisia. Scholen in Amsterdam slaan de komende jaren de handen ineen met scholen in Den Haag, Tilburg en Rotterdam. Zij vormen in samenwerking met de GKA de community Urban Education om kennis te delen en op te bouwen over doceren in een grootstedelijke context. Moorman: “Het biedt meerwaarde om initiatieven uit het land met elkaar te verbinden want het onderwerp staat niet op zichzelf. Lesgeven in de stad is anders dan op het platteland, er zijn andere uitdagingen. Dat maakt het leuk omdat je echt verschil kunt maken. Tegelijkertijd vergt het meer van docenten. We willen hen ondersteunen in lesvaardigheden via Urban Education. Hoe begrijp je de achtergrond van leerlingen goed? Hoe ga je om met een gedifferentieerde klas?”

Lerarentekort

Het lerarentekort is het hoogst in Amsterdam. “Ook daar zijn we mee bezig. Het komt mede door het tekort aan huizen en parkeerplaatsen, en de hoge huizenprijzen. Tegelijkertijd moet het salaris wel gelijke tred houden met de uitdagingen. Ik vind dat docenten die het grootste verschil maken, het meeste mogen verdienen. Alleen ga ik daar niet over. Wij investeren in zij-instromers, opleiding en directeuren. Ik vind doceren het belangrijkste beroep dat er is, omdat docenten zorgen voor een goed opgeleide nieuwe generatie.”

Op de agenda

De komende periode werkt Moorman ook aan andere initiatieven die betrekking hebben op het bevorderen van gelijke kansen. Dat gebeurt vanuit de scholen en de stadsdeelraden. Initiatieven als weekend- en zomerscholen en studiezalen in Nieuw-West staan op de agenda. Ook wil de gemeente starten met een experiment met een stagemakelaar én investeert het € 35 miljoen in het mbo.