De wereld aan je voeten op het Omnia College

Als één van de voorlopers van de 45 coalities in Nederland is de Rijke Ontwikkeldag Gorinchem (ROG) op het Omnia College actief betrokken bij het programma School & Omgeving. Met GOcademy biedt deze vmbo-school in Gorinchem al drie jaar een verrijkt aanbod met onder andere dans, voetbal, zwemmen, basketbal en knutselen. Op 5 juni zijn we op de middelbare school voor de landelijke bijeenkomst van Programma School en Omgeving. We namen alvast een kijkje achter de schermen.

Als we bij het Omnia College Gorinchem aankomen, voelt de sfeer open, ontspannen en uitnodigend. De slogan op de wapperende vlaggen – ‘De wereld aan je voeten’ – had niet passender kunnen zijn. Met vrolijke graffiti op de deuren, een playcourt met doeltjes en baskets en genoeg hangplekken rondom bloembakken stappen we hier een wereld aan mogelijkheden in. Niet alleen tijdens schooluren, maar sinds drie jaar ook daarbuiten.

Dat de activiteiten buitenschools zijn, vinden de leerlingen juist fijn. 'Het voelt niet als leren, maar stiekem leren we wel heel veel.' Hoe organiseer je een dergelijk aanbod op een vo-school? Projectleiders Marion en Madelaine en activiteitencoördinator Michael weten inmiddels uit eigen ervaring: 'Dat moet je gewoon doen.'

GOcademy is ontstaan uit een samenwerking tussen onder anderen het Omnia College, de gemeente Gorinchem en diverse maatschappelijke partners. Onder de naam Rijke Ontwikkeldag Gorinchem (ROG) biedt deze coalitie inmiddels een buitenschools, schooloverstijgend verrijkingsaanbod voor leerlingen in het primair en voortgezet onderwijs.

Het is een middel om verbinding te maken met een jongere en ze van daaruit verder te brengen

In gesprek zijn en blijven

De kleurrijke en opvallende posters die bij binnenkomst direct opvallen, laten de leerlingen zien voor welke activiteiten van GOcademy ze kunnen kiezen. 'Vind je dan iets leuk dan kun je de QR-code scannen en je meteen opgeven, vertelt dansclubdeelnemer Ashley. Knutselclubdeelnemer Bente vult haar aan: 'En als je wilt, zelfs voor meerdere activiteiten. Je kan en mag overal voor kiezen.' Soms is dat een sport met wekelijkse deelname, soms een korte serie workshops op het gebied van fotografie, graffiti, creatief schrijven, zingen, theater of dj’en. Of het is een gesprek met jongerenwerk The Mall. Activiteitencoördinator Michael Boon – tevens sportdocent – benadrukt hoe belangrijk het is dat de activiteiten toegankelijk en laagdrempelig zijn.

Om dat te bereiken is bij de opstart bewust gekozen om de naam en het programma GOcademy samen met de leerlingen te ontwikkelen. Zo kwamen Ashley en Milou destijds zelf met het idee voor een dansklas. 'We dansten al veel in onze vrije tijd, maar het leek ons veel leuker om dit op school te doen en er echt les in te krijgen.' De twee vriendinnen zijn dan ook trots en blij dat het dansen er ook echt is gekomen. 'Het is veel gezelliger om het samen met een groep te doen en lekker actief bezig te zijn.' En hoewel plezier vooropstaat, merken de meiden dat ze zich inhoudelijk ontwikkelen. 'Ik begrijp dingen nu sneller en pak ze sneller op. Alleen voelt het niet als school of als leren, maar stiekem leren we wél heel veel.'

Beeld: ©Young Talents Musical

Brede ontwikkeling als mens

En dat zit ’m voornamelijk in de brede ontwikkeling van de leerlingen als mens. Activiteitencoördinator Michael licht toe: 'Met de dansklas doen we bijvoorbeeld ook optredens en mee aan wedstrijden. Dat gaat er behoorlijk professioneel aan toe. Maar dan moet je je als danser dus wel even presenteren op een podium tegenover een volle zaal. Dat vraagt toch behoorlijk wat zelfvertrouwen en presentatievaardigheden.' Hij ziet de verschillende activiteiten dan ook niet als doel op zich. 'Maar een middel om verbinding te maken met een jongere en ze van daaruit verder te brengen. En toch is het steeds in gesprek zijn en blijven met de kinderen essentieel. Om te peilen wat ze willen, maar ook vanwege eigenaarschap én participatie.'

Projectleider Marion van Weeren vult hem aan: 'We gaan uit van wat we aan ontwikkeling bij een kind willen zien en bepalen dan hoe we daar gaan komen. Tegelijkertijd houden we onze vier kernwaarden in het oog: respect, verbinden, ontmoeten en (leren) kennen.' Zo kan het doel van de ene activiteit en per kind verschillen. Of zoals knutselclubbers Femke, Amber en Nicoline uitleggen: 'We leren niet zozeer iets van het knutselen zelf, maar we leren aan de grote gezamenlijke tafel vooral elkaar heel goed kennen. Het is gewoon makkelijker praten als je ondertussen gezellig samen aan het knutselen bent. Zo delen we persoonlijke dingen die we anders nooit op school gedeeld hadden.'

Ik heb liever dat ze zich als mens ontwikkelen. Want daar hebben ze hun hele leven lang iets aan

Kinderen die groeien en vrienden maken

En dat is precies hoe Michael dat het liefst ziet. 'Het mooiste wat kan gebeuren, is dat je de kinderen ziet groeien, bijvoorbeeld op het gebied van zelfvertrouwen en sociale vaardigheden. En dat zie je nu in de praktijk ook gebeuren. Iemand die voorheen de draak van het dorp was en zich nu als een soort ouder over een groep ontfermt. Kinderen die anders nooit met elkaar zouden omgaan en ineens vrienden worden. Of heel verlegen kinderen die ineens wél zelfvertrouwen krijgen. En ook al is dit moeilijk om in cijfers te vangen of aan te tonen, ik heb liever dat ze zich als mens ontwikkelen. Want daar hebben ze hun hele leven lang iets aan.”

Maar hoe breng je nu die mooie theorie in praktijk op een vo-school? In tegenstelling tot basisscholen hebben leerlingen hier vaker een diverse achtergrond, wisselende roosters en grotere autonomie met minder ouderbetrokkenheid. Kartrekkers Marion, Madelaine en Michael van de ROG beamen dit: 'De grootste uitdaging is om leerlingen na school vast te houden. Soms zien we niet iedere week iedereen meedoen. Dat merken we nu vooral bij voetbal, waarbij de deelnemers naar een externe hal én naar een externe begeleider moeten. Alleen zoiets kleins kan dus al grote invloed hebben. We zien bijvoorbeeld dat activiteiten die door eigen collega’s zijn bedacht, vaak een trouwere opkomst hebben.'

Brede participatie en betrokkenheid

Participatie in de brede zin des woords vormt dan ook een belangrijk uitgangspunt bij GOcademy. Ouders zijn en blijven actief betrokken bij de activiteiten – dan wel fysiek, dan wel per mail. “Onze ouders weten ervan en staan achter ons”, geven de dansers aan, “en ze brengen ons ook overal naartoe met optredens of wedstrijden.” Ook collega’s mogen met ideeën komen. Zo was de knutselclub een initiatief van een docent. “De mentoren en docenten spelen een belangrijke rol in het signaleren van een behoefte bij een kind en het stimuleren om mee te doen aan een bepaalde activiteit. Daarnaast gaan we veel in gesprek met de leerlingen en hebben we ook een leerlingenraad die veel beslist.”

En ook de aanbieders van het externe aanbod zijn actief betrokken bij alles wat de ROG voor ogen heeft. 'We organiseren regelmatig bijeenkomsten over wat we willen neerzetten en vragen daarbij input over hoe dat in de praktijk te doen. Prettig is dat de lijnen kort zijn, waardoor we snel kunnen schakelen. Dat verloopt heel soepel.' Hoewel het programma nu staat als een huis, was het zeker geen makkelijke weg in het begin. 'Het valt of staat bij de gedrevenheid van degenen die het begeleiden', verklapt ROG-projectleider Madelaine de Winde. En de belangrijkste tip aan andere vo-scholen? 'Gewoon doen en onderweg bijschaven. Samen het leven leren en steeds een beetje wijzer worden.” Of zoals de leerlingen al eerder zeiden: 'Iets leren wat niet als leren voelt.'